In Nederland gebruikt men het begrip modaal inkomen als referentiepunt voor de bepaling van inkomenseffecten van maatregelen door de overheid. De betekenis wijkt echter af van het gemiddelde inkomen. Het begrip is door het Nederlands Centraal Planbureau (CPB) gedefinieerd als een fictief inkomensniveau, net onder de maximum premie-inkomensgrens voor de zorgverzekeringswet (ZVW). Het CPB hanteert dit begrip als referentiepunt in veel van zijn publicaties. Het CPB publiceert vier keer per jaar een schatting van het modaal inkomen.
Houd er rekening mee dat er een duidelijk verschil is tussen het modaal inkomen en het gemiddeld inkomen. Op deze pagina vind je het modaal inkomen 2021 volgens de raming van het CPB.
Het modaal inkomen in 2021 volgens het CPB is € 38.000. Per maand is dit bruto € 3.167 en netto ongeveer € 2.450.
Dit getal is een schatting van het modale inkomen volgens het CPB. Sinds 2013 wordt het modale inkomen gedefinieerd als het meest voorkomende inkomen. Het wordt berekend als ongeveer 79% van het gemiddelde inkomen per arbeidsjaar, waarbij de 79% bepaald is op basis van een historische cijferreeks. Tot en met 2012 was het modale inkomen een bruto inkomen net onder de maximum premie-inkomensgrens van de zorgverzekeringswet (ZVW). Voor 2012 werd de maximum premie-inkomensgrens aangehouden zoals die gold bij het CEP 2011, toen de premie-inkomensgrens ZVW nog niet verhoogd was naar de maximum premie-inkomensgrens werknemersverzekeringen.
Het netto bedrag is een schatting en kan afwijken afhankelijk van sectoren. Bij de berekening is rekening gehouden met loonheffingskorting.